Datum; donderdag 25 januari 2024 20:00 uur
Plaats: De Wingerd, Populierenlaan 90a Krimpen aan den IJssel
Op 25 januari 2024 komt Jan Prij naar de Wingerd, waar hij zal spreken over thema: “Filosofie als kijken met het oog van de liefde”.
Wijsbegeerte leert om anders naar de werkelijkheid te kijken, om liefde te leren. Het is hoog tijd om ons opnieuw in deze discipline te scholen. Jan Prij zal met voorbeelden uit de filosofie aangeven hoezeer liefde en wijsbegeerte met elkaar verweven zijn ondanks de schijn van het tegendeel. Enkele denkers die daarbij kort en krachtig de revue zullen passeren zijn Plato, en Iris Murdoch, Emanuel Levinas en Hannah Arendt, maar ook tegendraadse figuren als Paulus en Augustinus en Nietzsche, die nu niet bepaald als echte liefhebbers bekend staan.
Voorkennis in de filosofie is niet vereist, enkel een gezonde dosis nieuwsgierigheid naar het thema. Prij is bezig met een boek over dit thema dat hij in 2024 hoopt af te ronden.
Liefde en filosofie: prachtige onderwerpen om bij op te warmen op een koude januari avond!
Er zal ruime gelegenheid zijn om met de spreker van gedachten te wisselen.
Mooie Vier strerren-recensie in Trouw van 9 mei over God en geld onder de titel: Lessen van Hermes, geen voorbeeldige held.
Voor meer reacties zie ook onder: net verschenen
naar aanleiding van de boekpresentatiee met Ernst Hirsch Ballin en Ruben van Zwieten op 20 april bij boekhandel Donner in Rotterdam.
Over de noodzaak van publieke dialogen die schuren
Gesproken column, 1 juni 2016 bij 10 jaar Wing, partner in ruimte en ontwikkeling en het ten doop houden van het boek Publieke dialogen: Socratische dialogen over maatschappelijke vraagstukken
Publieke dialogen: Hoe langer ik er mee bezig ben, hoe radicaler ik er in zit.
Volgens mij staat er daarbij nogal wat op het spel. Niets meer en niets minder dan de noodzaak om onszelf opnieuw uit te vinden.
Mijn stelling is dat de praktijk van het voeren van publieke dialogen spot, met alle moderne hokjes waarin we onszelf geplaatst hebben
en dat het daarom verontrust en schuurt.
Maar dat het rommelen en rammelen aan al die hokjes precies is, wat we vandaag de dag nodig hebben voor een humane samenleving.
Lees verder »
Artikel in: Broers, Brunt, Evers & v.d. Werff (red) ‘Publieke bezinning. Socratische dialogen over maatschappelijke vraagstukken’ 2016, pp. 171-184
Wat staat er op het spel?
De vormgeving van de democratie en in verband daarmee onze standaard-opvattingen over burgerschap en politiek.
Welke praktijk wordt bekritiseerd?
De neiging politiek te reduceren tot een cynische strijd om macht waarin burgers slechts onderdanen, die moeten participeren in plannen die door anderen zijn uitgedacht. De praktijk doet mensen niet tot hun recht komen, vermeerderd lijden en onrechtvaardigheid.
‘Socratische Dialogen hebben weinig van doen heeft met de bewierookte brave burger en met de ronkende verwachtingen rond burgerschap. Sterker nog: dikke kans dat de kant-en-klaar oplossingen van beleidsmakers van forse kritiek worden voorzien en dat men niet bereid is tot een vorm van politieke participatie waarin het zeggen van ja-en-amen tot de hoogste norm is verheven.
Welke nieuw inzicht wordt geboren?
In socratische dialogen over publieke kwesties komt een andere visie op burgerschap en politiek aan het licht dan sinds Plato en Hobbes gangbaar is geworden. Geen politiek waarin het draait om strijd en het bewaken van de hiërarchische machtsverhoudingen in de wereld. Geen burgers die slechts onderdaan zijn, maar in staat zijn tot meesterschap, tot medevormgever als partner onder gelijken van het leven in de polis. In dit beeld van de politiek is er geen hiërarchie meer in de letterlijke betekenis van het woord (hiërarchie betekent ‘heilige orde’).
Lees verder »
Socratische dialogen over maatschappelijke vraagstukken
Waar is ruimte voor publieke bezinning nu kiezers zich vervreemd voelen van de bestaande representatieve democratie; nu de landelijke overheid zich verder terugtrekt uit allerlei maatschappelijke instituties; nu de Nederlandse burger aangespoord wordt tot zelfredzaamheid. En hoe kan die bezinning vorm krijgen? Wat is het antwoord op de oproep van burgers om meer zeggenschap en eigenaarschap?
Lees verder »
Artikel in: De kracht van Nederland, Bilderbergconferentie 2014, pp. 43-50.
Maatschappelijk onbehagen en economisch onderpresteren lijken heden ten dage hand in hand te gaan. Hoe is deze samenhang te duiden? Waarom werkt Nederland niet goed? 1) De stelling van dit artikel is dat eenzijdigheden in ons concept van de kenniseconomie zowel menselijk potentieel onbenut laat als vervreemdingstendenties (althans een deel daarvan) in de samenleving verklaart. Inzicht in ons verwrongen idee van kennis is cruciaal om te begrijpen waarom we de grip op onze omgeving verloren zijn geraakt en ons in toenemende mate niet meer in de samenleving thuis voelen.
Lees verder »
Artikel in: 200 jaar Koninkrijk, Religie, Staat en samenleving, onder redactie van Sophie van Bijsterveld en Richard Steenvoorde, p. 181-208
1. Ondernemen als religieuze kwestie: de lotgevallen van de god Hermes
Hoe gaat het bedrijfsleven om met religieuze kwesties of breder gesproken met zaken van waarde? Deze vraagstelling die aan de basis van dit artikel ligt, doet het vermoeden rijzen dat het ondernemerschap zelf niet als een religieuze kwestie of een waardevolle zaak wordt gezien. Met religieuze kwesties of zaken van waarden wordt men noodgedwongen van ‘buitenaf’ geconfronteerd en daar heeft men dan nu eenmaal goed mee om te gaan. Deze voorstelling van zaken past in een maatschappelijk kader waarin religie en markt als gescheiden domeinen worden gezien. Religie gaat over het sacrale en markten zijn profaan. Religie handelt over eeuwige en onuitsprekelijke zaken zoals God, de hemel en kerk. Het raakt ten diepste aan wat filosofen de vita contemplativa noemen, het schouwen van het ultieme, het ware, goede en het schone. Ondernemers bewandelen de vita activa en zijn in dat kader vooral slinkse lieden die hun bedrijf en de verschillende werknemers daarbinnen gebruiken als middel om hun brood te verdienen en bedrijfsdoelstellingen te realiseren.
Lees verder »
Een sterk ingekorte versie van dit artikel verscheen in Ruimte, Mens en Tijd, juli 2013 onder de titel ‘Vrijzinnigheid als vakwerk’
Voorwoord
Ik heb mijn verhouding tot de vrijzinnigheid nog bepaald niet gevonden. Twee punten zijn wat mij betreft problematisch in de gelezen proeven van vrijzinnige zelfdefinities: (1) haar verhouding tot de orthodoxie en (2) een nogal individualistische nadruk op autonomie en persoonlijke gevoelens, uitlopend in een zeer kritische benadering van de traditie. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: als de vrijzinnigheid alleen bestaat om een huis te kunnen bieden aan gelovigen die eindelijk van de orthodoxie bevrijd zijn, dan voel ik mij er niet in thuis. Niet alleen omdat ik niet bevrijd hoef te worden van orthodoxe denkbeelden waar ik ‘last’ van heb, maar ook omdat ik geloof dat theologie tot meer dient dan de verlichting van de individuele psyche. Tegelijkertijd voel ik wel de behoefte aan een op positieve manier ingevulde vrijzinnigheid. Natuurlijk is geloven niet het klakkeloos van kaft tot kaft voor waar houden van bijbelteksten. Natuurlijk is het nodig om je in moderne tijden op een zinnige en verantwoorde manier tot het geloof te verhouden. Natuurlijk is een onverkort beroep op de ‘openbaring Gods’ niet zonder meer mogelijk. Als het waar is dat deze kenmerken op juiste wijze de praktijk van orthodox gelovigen tekenen 1), dan gaat mijn sympathie uit naar de ‘andere kant van de streep’. Hier beginnen echter gelijk problemen te ontstaan. De pogingen van de vrijzinnigheid of pseudovrijzinnigheid 2) om zich van de van orthodoxie te onderscheiden zijn mijns inziens zo halfbakken (Cossee), zelfgenoegzaam (Knoop) of fanatiek (Labuschange), dat zij wat mij betreft hun geloofwaardigheid en aantrekkelijkheid verliezen. Een theologie die alleen zichzelf serieus neemt en niet tot zelfrelativering in staat is, kan wat mij betreft geen goede theologie zijn. Maar op welke basis is er dan wel goede vrijzinnige theologie mogelijk? Hoog tijd voor een verkennend onderzoek!
Lees verder »
Utrecht, Studiegroep Publieke Dialoog, 25 juni 2013
“Wat is de relatie tussen filosofie en politiek
in het kader van de Socratische dialoog?”
Dat is vraag die aan de basis ligt van deze gesproken column.
En dat alles in een minuut of vijf.
-Het moet tenslotte wel een luchtig intermezzo zijn
en het eigenlijke vervolgprogramma dat draait ‘om de aard van het publieke’
niet al te zeer onder druk zetten.-
Toch is het nogal een heftige kwestie die op mijn bord is gelegd:
niets minder dan een moord staat hierbij centraal.
De melancholieke filosofe Hannah Arendt heeft er al eens op gewezen:
het is het trauma van Plato over de terechtstelling van Socrates
die de relatie tussen filosofie en politiek bepaalt.
Alleen door dit pijnpunt onder ogen te zien zal ons en passant
iets over de aard van de socratische dialoog worden geopenbaard.
Plato was wanhopig door de dood van zijn meester.
Het was op grond van de wetten van de stad Athene
dat Socrates veroordeeld werd.
Het waren de opinies van de magistraten in de polis
die tot dit onrechtvaardige en waardeloze oordeel kwamen.
Reden genoeg voor Plato om de politiek
en de common sense waar deze op dreef ten diepste te wantrouwen.
Een taak van de filosofie is sindsdien vooral
om de onhoudbaarheid van de gangbare opinies te laten zien.
In plaats daarvan zouden ze dienaren van het ene, het absolute ware, het absolute goede
en het absolute schone moeten zijn.
Maar het probleem is dat filosofen
als ze eenmaal ook in oog met het absolute hebben gestaan,
alleen maar kunnen stamelen.
Onbegrijpelijk voor de gewone mensen op straat.
Sindsdien zijn filosofen ook nog eens totaal ongeschikt geworden
voor het normale, praktische en werkzame leven.
Vanaf de moord op Socrates staat voor Plato de politiek model
voor het geroddel, de grilligheid en tijdelijkheid van het ondermaanse,
terwijl de filosofie model staat voor het zuivere,
de eeuwigheid en de onuitsprekelijke verwondering.
Sindsdien kleeft aan de politiek een smerig imago
en wordt de wijsbegeerte door een aureool van hemelse verhevenheid omstraalt.
Politiek zou draaien om machtsspelletjes en het geweldsmonopolie van de staat.
Filosofie daarentegen, bloeit op rond een liefde voor een ongrijpbare wijsheid
die zich niet door macht verblinden laat.
Toch is dit een betreurenswaardige vertekening van de werkelijkheid.
De traumatische ervaring van de dood van zijn meester
heeft Plato verleidt tot een schets van filosofie, het politieke en ‘de’ waarheid
die rechtstreeks tegen de opvattingen van zijn meester ingaat.
Voor Socrates bestaat er geen absolute waarheid.
Waarheid is relatief en laat zich alleen in meervoud ontdekken,
in relatie met anderen, in ontmoeting en de dialoog met partners
of in gesprek met jezelf.
Waarheid is ook geen privézaak van heersers en koning-filosofen
die vervolgens aan anderen kan worden opgelegd.
Ze vooronderstelt een openbare ruimte, dat wil zeggen een publieke ruimte, waarin we elkaar als gelijken ontmoeten.
Volgens Socrates is het de kunst om het waarheidsgehalte van iedere opinie te ontdekken
en als een vroedvrouw uit de ander geboren te laten worden,
juist omdat we zelf ‘de’ waarheid niet in pacht hebben.
In de ontdekking van het waarheidsgehalte in de opinie van de ander
vinden we onze vrijheid en kunnen we ons tot verantwoordelijke burgers ontwikkelen
die gezamenlijk vorm geven aan het goede leven.
Niet eens en voor altijd, maar steeds weer opnieuw, stukje bij beetje.
Dat is de ware aard van het politieke
en het democratisch aanmodderen
dat daar onvermijdelijk bij hoort.
Precies dit wijsgerig ethos heeft Socrates ons,
over zijn graf heen, nagelaten.
En alleen vanuit deze inspiratie is een levende,
toekomst scheppende dialoog in de publieke ruimte mogelijk.
Ik heb gezegd.
Boekbespreking in: Het Goede Leven 28 mei 2013 van Het jaar van het gevaarlijke dromen van Slavoj Žižek
Meestal treedt Europa op als toezichthouder van de mondiale kapitalistische ontwikkeling: soms flirt ze met de conservatieve verdediging van de traditie. Deze paden leiden volgens Žižek in zijn nieuwste boek ‘Het jaar van het gevaarlijke dromen’ allebei tot vergetelheid, tot de marginalisering van Europa. De enige manier waarop Europa uit deze impasse kan komen is het doen herleven van haar erfenis van radicale en universele emancipatie.
Lees verder »
Bespreking van Gianni Vattimo Het woord is geest geworden. Filosofie van de secularisatie, O V P, 3 februari 2013
Het ligt niet erg voor de hand om een werk van een theoretisch filosoof van toepassing te verklaren op de pastorale praktijk. Het werk van Vattimo valt in eerste instantie namelijk op doordat het leest als een wijsgerig boek voor collega-filosofen. Toch is het werk voor pastores uitermate interessant, niet in de laatste plaats omdat caritas voor hem het kritische kernbegrip is, waarmee de christelijke religie tot op de dag van vandaag de visie op de loop van de menselijke geschiedenis fundamenteel heeft veranderd. Hoe zit dat? En wat kunnen pastores van deze visie leren?
Lees verder »
Artikel in VNO-NCW (2013) Vernieuwend Partnerschap
(voor de Bilderbergconferentie van 1 en 2 februari 2013)
1. Wat partnerschap vraagt
‘Vernieuwend Partnerschap’ is het thema van de Bilderbergconferentie van dit jaar. Het is een uitdagend thema dat een breuk vertegenwoordigt met een hiërarchisch en cynisch denken over economie en samenleving, waarbij alle zegen van boven komt, de machtigsten het voor het zeggen hebben en iedereen alleen maar op zijn eigenbelang let.
Lees verder »
Boekbespreking in Nieuw Rotterdams Kerkblad, december 2012
van In andermans handen van Frits de Lange
Autonomie’ en ‘zorg’ zijn geen tegengestelde begrippen, maar hebben elkaar nodig. Deze uitdagende stellingname van ethicus en theoloog Frits de Lange, biedt broodnodige kritiek op de verwrongen opvatting van autonomie als zelfredzaamheid.
Lees verder »
Artikel in Nieuw Rotterdams Kerkblad, mei 2012
De afgelopen maand van de filosofie stond in het teken van ‘de ziel’. De hernieuwde belangstelling voor de ziel is opvallend. Wanneer we met een verwetenschappelijkte, functionalistische en reductionistische blik de werkelijkheid proberen te verklaren, is er voor de ziel geen plek meer. Maar wanneer we de persoonlijke ervaring laten spreken des te meer.
Lees verder »
Boekbespreking in Christen Democratische Verkenningen, lente 2012
‘Je moet je leven veranderen’ van Peter Sloterdijk
De these dat de ‘grote verhalen’ zijn uitgestorven, is alleen al twijfelachtig omdat de filosoof Peter Sloterdijk ze is blijven schrijven. Al zijn boeken zijn te beschouwen als virtuoze pogingen om de tijdgeest in woorden te vatten en om nieuw licht te werpen op de loop van de wereldgeschiedenis aan de hand van enkele welgekozen termen.
Lees verder »
Artikel in Nieuw Rotterdams Kerkblad, februari 2012
Velen hebben een negatief beeld over Paulus. Hij zou een vrouwonvriendelijke fanaticus zijn die boodschap van Jezus wel verspreid, maar niet zo goed begrepen heeft. Tegenwoordig komt er steeds vaker ruimte voor een ander beeld. Hierin staat Paulus aan de bron van een revolutionaire stroming in de geschiedenis die de universele ‘publieke liefde’ predikt.
Lees verder »
Artikel in Zicht, 2011-4, kwartaalblad Wetenschappelijk Instituut SGP, december 2011
De uitdaging voor de komende twintig jaar voor de confessionele partijen is te zoeken naar een verbreding van hun agenda. Ze dreigen in zichzelf gekeerde partijen te worden met weinig aantrekkingskracht voor potentiële nieuwe kiezers. God heeft een boodschap voor de wereld waarin christenen en niet christenen wonen. Het op alle vlakken serieus nemen van de norm van publieke gerechtigheid past daarbij.
Lees verder »
Artikel in Filosofie & Praktijk, jaargang 32, nr. 2, zomer 2011
Job Cohen noemde (als burgemeester van Amsterdam) theedrinken een ideaal bindmiddel om ‘de boel bij mekaar te houden’. Theedrinken staat volgens hem symbool voor fatsoen en gastvrijheid, een van de belangrijkste steunpilaren van onze samenleving. Maar voor Wilders en consorten is voor ‘theedrinken’ in de sfeer van het politieke geen plaats, theedrinken doe je thuis met vrienden en niet met vreemden en vijanden, theedrinken is ‘soft’ en staat voor gebrek aan daadkracht en een ontkenning van het gewelddadige karakter dat onvermijdelijk aan het politieke kleeft. Ook binnen de politieke filosofie neemt, geïnspireerd door de denkbeelden van Carl Schmitt, dit antagonistische machtsmodel gericht op vijandschap, conflict en de regulering van geweld een steeds belangrijker plaats in. Toch zouden we er goed aan doen de politieke deugd van het theedrinken weer te herontdekken. De politieke filosofie van Paul Ricoeur en Hannah Arendt kan ons daarbij behulpzaam zijn.
Lees verder »
Artikel in Nieuw Rotterdams Kerkblad, april 2011
Op 1 april werd voor de tiende keer op rij de maand van de filosofie geopend in boekhandel Donner. Het thema van dit jaar is ‘het echte leven’. Maar afgaande op de betogen van Hans Achterhuis, Stine Jensen en Coen Simon bestaat het echte leven helemaal niet.
Lees verder »
Boekbespreking in het Nederlands Dagblad, 26 maart 2010
‘Fenomenologie van de waarneming’ door Maurice Merleau-Ponty, Uitgeverij Boom: Amsterdam, 2009, 636 blz.
Dat de bijbelse geschriften gelezen kunnen worden gelezen als een ode aan lichamelijkheid kan op het eerste gehoor bevreemding wekken. Zo is in het theologische denken vanouds een zekere lichaamsvijandigheid merkbaar. Je hoeft niet te weten dat volgens de klassieke kerkvader Augustinus (354-430) de erfzonde via seksuele gemeenschap van generatie op generatie wordt overgedragen, om nu nog te merken hoezeer de beleving van seksualiteit met zonde en de beheersing van lichamelijke driften met deugd is verbonden. Ook wijsgeren hebben vanouds weinig op met het lichaam, met uitzondering wellicht van het met de rede begiftigde hoofd. Toch is er weinig reden om de rest van het lichaam niet uiterst serieus te nemen als bron van kennis en van christelijk geloof. Lezing van het onlangs in het Nederlands vertaalde boek van de Franse filosoof Maurice Merleau-Ponty (1908-1961), getiteld ‘De fenomenologie van de waarneming’, opent de ogen voor een degelijke dwarse interpretatie.
Lees verder »
Boekbespreking van ‘Leven met verschil. Menswaardige verscheidenheid in een tijd van botsende culturen’ in Christen Democratische Verkenningen, zomer 2006
Religie: bron van geweld of van verzoening? Religie zou in essentie mensen met elkaar moeten verbinden tot een gemeenschap waar het goed leven is. Maar vaak staat religie voor tweespalt en conflict. Denk aan martelaren van het geloof die dood en verderf zaaien. Aan godsdienstige strijd over Jeruzalem dat als ontmoetingsplaats van verschillende religie nu niet bepaald de bedoeling van de ‘Hemelse Stad’ weerspiegelt. Of aan gewelddadige leerstelligheid in christelijke kerken, die eerder als een splijtzwam tussen mensen fungeert dan als een blijde boodschap voor eenieder. Religieus fundamentalisme is een probleem, maar dat betekent allerminst dat we religie daarmee gelijk in de beklaagdenbank moeten zetten.
Lees verder »