Boekbespreking in het Nederlands Dagblad, 26 maart 2010
‘Fenomenologie van de waarneming’ door Maurice Merleau-Ponty, Uitgeverij Boom: Amsterdam, 2009, 636 blz.
Dat de bijbelse geschriften gelezen kunnen worden gelezen als een ode aan lichamelijkheid kan op het eerste gehoor bevreemding wekken. Zo is in het theologische denken vanouds een zekere lichaamsvijandigheid merkbaar. Je hoeft niet te weten dat volgens de klassieke kerkvader Augustinus (354-430) de erfzonde via seksuele gemeenschap van generatie op generatie wordt overgedragen, om nu nog te merken hoezeer de beleving van seksualiteit met zonde en de beheersing van lichamelijke driften met deugd is verbonden. Ook wijsgeren hebben vanouds weinig op met het lichaam, met uitzondering wellicht van het met de rede begiftigde hoofd. Toch is er weinig reden om de rest van het lichaam niet uiterst serieus te nemen als bron van kennis en van christelijk geloof. Lezing van het onlangs in het Nederlands vertaalde boek van de Franse filosoof Maurice Merleau-Ponty (1908-1961), getiteld ‘De fenomenologie van de waarneming’, opent de ogen voor een degelijke dwarse interpretatie.
Lees verder »