Socratische dialogen over maatschappelijke vraagstukken
Waar is ruimte voor publieke bezinning nu kiezers zich vervreemd voelen van de bestaande representatieve democratie; nu de landelijke overheid zich verder terugtrekt uit allerlei maatschappelijke instituties; nu de Nederlandse burger aangespoord wordt tot zelfredzaamheid. En hoe kan die bezinning vorm krijgen? Wat is het antwoord op de oproep van burgers om meer zeggenschap en eigenaarschap?
Socrates deed het ons voor, 25 eeuwen geleden in de jonge democratie van Athene: bezinnende gesprekken voeren met burgers en bestuurders over prangende kwesties. In zijn spoor zijn de auteurs de afgelopen tien jaar betrokken geweest bij Socratische dialogen rond duurzame intensieve veehouderij in Brabant. Ze begeleidden dialogen tussen geitenhouders en Q-koorts patiënten, tussen natuurbeschermers en landbouwers, tussen burgers en bestuurders.
De successen van die gesprekken, maar ook de onontkoombare misslagen leiden in dit boek tot uitvoerige reflectie over noties als ‘dialoog’, ‘publieke ruimte’, ‘verontrustend burgerschap’, ‘tegengestelde emoties’, ‘communiceren met de achterban’, ‘verwachtingsmanagement’ en het spanningsveld tussen ‘beslissen en bezinnen’. Die reflecties zijn de opstap naar een verrijkt dialoogmodel, naar bezinnende gesprekken waarin alle deelnemers situatie specifieke afwegingen leren maken om gezamenlijk zowel de private als de publieke belangen te dienen. Het boek geeft inzicht in het proces en in de uitkomsten van publieke bezinning. Het biedt praktische richtlijnen voor raadsleden, bestuurders en ambtenaren, voor betrokken burgers en ondernemers, voor gespreksleiders, voor ieder die twijfels heeft bij de dominante manieren van beslissen en op zoek is naar beproefde alternatieven.
Voor dit boek schreef ik het artikel ‘Verontrustend burgerschap’