Artikel in Nieuw Rotterdams Kerkblad, februari 2011
De PVV spreekt in uiterst negatieve termen over ‘de islamisering van Nederland’ en wil bij monde van Wilders ‘de waarheid spreken over de verderfelijke ideologie die islam heet’. Hoogste tijd om een ander, positief licht over de islamisering te laten schijnen.
Wanneer gelovigen of politici de waarheid claimen is het oppassen geblazen. Zo heeft de PVV de waarheid over ‘de’ islam in pacht. Juist omdat zij zich opstellen als hoeder van de waarheid, die zij in bezit menen te hebben, kunnen alle andere meningen bij voorbaat met minachting en hoongelach worden afgedaan en kunnen instituties als de rechtspraak en wetenschap worden geschoffeerd. De vrees is dat moslims onze steden als een ‘tsunami’ zullen overspoelen en voor enorme problemen zullen zorgen, ondertussen gemakshalve vergetend dat integratie wederzijdse inspanningen vergt en, in weerwil van politieke stemmingmakerij, soepeltjes verloopt.
De islam als bron van westerse beschaving
Het was bepaald een verfrissend en verrassend geluid tijdens de begrotingsbehandeling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken door Piet Hein Donner op het onderdeel Wonen, Wijken en Integratie: “De islamisering van Nederland is meer dan duizend jaar geleden begonnen en heeft veel goeds gebracht” meldde hij in debat met de PVV’er Joram van Klaveren. Deze ziet tot zijn grote schrik overal waar hij kijkt de islam wortel schieten, maar de PVV’er moest niet denken dat hij iets nieuws had ontdekt: “Ik wijs erop dat deze ontwikkeling al wat langer aan de gang is. Wij kunnen nog niet tot tien tellen zonder Arabische cijfers; de moderne wetenschap berust geheel op de algebra; de receptie van de Griekse filosofie in de Middeleeuwen is te danken aan de islam; het begin van de medische wetenschap is te danken aan Avicenna ofwel Averroës.” (bron: NRC, 3 december 2010)
Donner zei erbij, dat hij het gevoel van mensen die onze cultuur en identiteit zien vervagen serieus neemt. “Dat meet ik echter niet af aan de geestelijke verzorging in gevangenissen, de halalmaaltijden in ziekenhuizen of andere uitingen van het gegeven dat er inderdaad een groeiend aantal mensen van islamitisch geloof in Nederland is gevestigd. In diezelfde ziekenhuizen biedt men ook koosjere maaltijden aan. Ik zou de mensen niet de kost willen geven die regelmatig Chinees eten.”
Maar Van Klaveren gaf zich niet zomaar gewonnen: “Hoe zou de minister de islamisering kwalificeren?” Donner: “Ik heb daar nog niet naar gekeken, want ik heb daaraan nog geen behoefte gehad. Integratie is niet alleen de plicht van allochtonen. Iedereen moet in staat zijn om mee te doen. Dat geldt ook voor wie hier geboren is. Wie meent dat integratie slechts op basis van de eigen zienswijze mogelijk is, staat nog ver van de problematiek van de integratie af.”
Strijd voor rechtvaardig, goed leven in vrijheid en democratie
‘Islam als bron van westerse beschaving?’ ‘Maar dat was eeuwen geleden! Nu is dat wat wezenlijk anders’ zo kan men tegenwerpen. ‘Kijk naar de gewelddadigheden van moslims tegen andersgelovigen en afvalligen. Zien we daar in het Midden-Oosten niet dagelijks voorbeelden van?’ Maar islam is hierin bepaald niet uitzonderlijk. Er zit een geweldadige kant aan elke religie, zodra men meent haar waarheid aan anderen te kunnen opleggen aan anderen. Maar dat is nog geen reden om religie af te schrijven: wij schrijven seks toch ook niet af, omdat seksueel geweld een probleem is? (Vgl: Borgman in Metamorfosen, over religie en moderne cultuur, 2006, p.266).
‘Maar de overvloed aan jonge moslims dan? Is dat geen garantie voor geweld?’ Het is een van de thesen die over de ontwikkelingen het Midden-Oosten de ronde doen, als voorbeeld van de uitzonderlijke positie waarin het zou verkeren. Hierbij is de idee dat de hele wereld verandert behalve het Midden-Oosten, die niet op een of andere manier zelf in staat is mee te gaan in de vooruitgang en vaart der volkeren. Het is een onjuist en nogal primitief idee dat het wederom mogelijk maakt ‘de vijandige anderen’ als zondebok voor alle problemen te maken. ‘Wij’ zijn het beschaafde Westen, ‘Zij’ zijn de barbaren, ‘wij’ zijn ontwikkeld en democratisch en ‘zij’ niet.
De hoopvolle ontwikkelingen van 11-02-2011 in Egypte laten zien hoe een overvloed aan moslimjongeren geen probleem is, maar deel van de oplossing kan worden. ‘Zij’ zijn daarbij net als ‘wij’. Zij willen een betere toekomst, vrijheid en democratie met kansen en rechten voor iedereen, niet in de laatste plaats omdat zij hun geloof in Allah, waarbij rechtvaardige en eerlijke verhoudingen binnen de samenleving centraal staan, serieus nemen.
Hoop als drijfveer voor geloof en politiek
In politieke sferen is nogal de neiging om te denken in termen van ‘wij’ en ‘zij’, vriend en vijand. Maar de meest visionairen onder hen schrikken er niet voor terug deze valse onderscheidingen onder vuur te nemen. Zo zijn vrouwen geen mislukte mannen, is ‘zwart’ niet minder dan ‘blank’ en zijn ‘gelovigen’ niet beter dan ‘ongelovigen’. De stimulerende kracht van zo’n kosmopolitische politiek is hoop, de open verwachting dat er in elke situatie iets gedaan kan worden en het geloof dat goede toekomst mogelijk is voor onze kinderen, waarin de bestaande verhoudingen iets minder onrechtvaardig zijn.
De wijkende horizon van zo’n kosmopolitische politiek is niets meer of minder dan de Kantiaanse wereldvrede. Deze eschatologische horizon ligt buiten ons bereik als het beloofde land, of als een hemelse stad, maar kan ons wél inspireren tot maatschappelijke daden van geloof, hoop en liefde. Hieraan herinneren ons deze dagen talrijke bronnen van moslimbeschaving en de fluwelen revolutie van moslimjongeren in het Midden-Oosten.