Overweging Schagen, 24 april 2016
Lezingen Deuteronomium 6:1-9; Johannes 13:31-35
Zien én geloven: dat is een van de grote thema’s voor Johannes
Johannes’ cruciale vraag is:
Hoe kunnen we in de vreugdevolle Paasboodschap geloven als we God nooit hebben gezien?
Als we Jezus die het woord van God was, nooit zelf hebben gehoord ?
God is liefde, zo luidt kortweg zo ongeveer de geloofsbelijdenis van Johannes.
Of ook wel: Overal waar liefde is, daar is God
Maar hoe kunnen we in zo’n God geloven in een wereld vol geweld
Waar de liefde zo ongeveer afwezig lijkt?
Ja, als Gods liefde is, wat betekent dat dan in een ogenschijnlijk liefdeloze wereld
Wat moeten we met zo’n God aan als het leven pijn doet?
Hoe kunnen we het geloof in zo’n God volhouden?
Dat is zo ongeveer de prangende kwestie waar het in het hele Johannes evangelie om draait.
Groots en contrastrijk neerzet, via bijvoorbeeld contrasten tussen licht en donker, God en de wereld, gelovigen en ongelovigen, zien en niet zien,
worden we onherroepelijk geconfronteerd met de vraag naar de geloofwaardigheid van het evangelie
in deze zo op het eerste oog goddeloze wereld, waar de goede boodschap zo ongeveer niet aanwezig lijkt te zijn.
Ook in het fragment van vandaag draait het om deze kwestie:
‘Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief.
Zoals ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben’
Maar ja, wat betekent dat precies en hoe is dat te doen in een wereld die in brand staat en van God los is geraakt ?
Het klinkt ook nogal onmogelijk: Een liefdesgebod.
Je kunt toch niet geworden gedwongen om lief te hebben?
Liefhebben is toch geen kwestie van moeten
En bovendien: moeten we elkaar opeens allemaal aardig gaan vinden,
ook de grootse griezels van deze wereld?
Hoe moeten we dit nu zien?
Om het nog wat te compliceren voordat we echt van start gaan met de tekst:
Zo erg nieuw is dat liefdesgebod nu ook weer niet.
Ook in het Oude Testament is het te vinden.
Zo lazen we een versie uit Deuteronomium gericht op de liefde voor God
En zelfs het gebod ‘heb je naaste lief als jezelf’ staat al in Leviticus 19 vers 18. De tekst is dus niet nieuw vanwege het liefdesgebod zelf,
maar omdat we nu pas doorhebben wat dat betekent.
Ik moest hierbij onwillekeurig denken aan de eigenwijze tekst van Johan Cruijff, zeg maar die andere JC:
Hij zei: ‘Je gaat het pas zien, als je het door hebt’
En dat geeft mijns inziens precies aan hoe het zit
en ook wat er voor Johannes in zijn evangelieverhaal op het spel stond.
Kijk zegt Johannes: Jezus was dé ooggetuige van God
Hij was erbij vanaf het allereerste begin
En wie Jezus gezien heeft, die heeft God gezien:
In zijn liefde voor heel de wereld en voor alle levende zielen daarop,
voor de ganse Schepping, voor wie hij zijn leven gaf,
dat hij op zijn beurt van zijn Vader gekregen had
met wie hij een intieme eenheid vormde.
Over Jezus krijgen we volgens Johannes pas na zijn dood
en zijn verhoging door God het plaatje rond
Dan krijgen wie hij was en wat liefde betekent tot op de dag van vandaag
Dat is namelijk: jezelf geven aan anderen
omdat jij op jouw beurt jouw leven van God gekregen hebt
Liefde is dat is anderen een dienst bewijzen
omdat anderen ook aan jou diensten hebben bewezen
Dat is omzien naar elkaar, omdat anderen ook naar jou hebben omgezien.
Iedereen, kan die elementaire ervaring herkennen:
Ik heb mijn bestaan niet aan mijzelf te danken, maar altijd, Goddank, aan minimaal twee.
Wanner we dat eenmaal door hebben, zie je pas goed hoe schatplichtig je bent aan anderen
die zich voor jou hebben ingezet:
(al die mensen op je weg die jouw leven mogelijk maakten
die jou kansen gaven, onderwezen en onderrichten die voor jou voedsel en kleding maken)
En met wie we dus hoe dan ook verbonden zijn, misschien wel net zo intiem als die Vader en de Zoon.
Als je dat eenmaal door hebt, wil je dan niet als vanzelf geven aan anderen
wat je jezelf in overvloed ontvangen hebt,
gewoon, niet omdat het moet, maar omdat het vanzelfsprekend
en een kwestie van fair play is dat zo te doen.
Zelfs alleen al het geven van geschonken talenten aan anderen
in liefde van Cruijff voor het voetbalspel kon mensen in Rotterdam en Amsterdam, Barcelona en Madrid, Nederland en de wereld met elkaar verbinden kan
Hoeveel te meer is er dan niet mogelijk als we ons realiseren
hoezeer wij geluk hebben gehad met wat ons aan overvloed geschonken is?
En dat het is dus op aan komt daarvan op onze beurt
rijkelijk uit te delen over de grenzen van verschillende groepen heen?
Maar ja, dat is niet het hele verhaal
‘Je gaat het pas zien als je het door hebt’
maar het probleem waar Cruijff mee zat
en Johannes met hem is dat zoveel mensen niet zien wat zo volstrekt logisch is
en blind zijn voor wat zich voor hun ogen afspeelt
De ervaring dat het leven een geschenk is
en dat we wie wij zijn aan de inzet van anderen te danken hebben,
aan wie we dus op onze beurt onze toewijding schuldig zijn,
raakt binnen de kortste keren ondergesneeuwd
Binnen de korte keren zijn we blind geworden
voor het gegeven dat ons hele leven van geschonken gaven aan elkaar hangt
Dan gaan we denken dat zelf de maker van ons eigen succes zijn
en dat we wat we gekregen hebben aan gaven moeten beschermen
(Wanneer we, kortom, sterallures krijgen,
iets waar voor de goede orde van dienst de voetballer wel last van had, maar de enige echte JC duidelijk niet)
Wanneer we gaan aan denken dat Gods geschonken liefde voor ons exclusief is.
en we zijn gaven voor onszelf willen houden.
Wanneer we Gods liefde alleen voor gelijkgezinde vrienden voor ons zien
maar niet voor andersgelovigen, niet voor de heidenen, niet voor niet-joden.
Johannes weet daar alles van, want er steken in zijn tijd geloofstwisten op tussen de joodse christengemeenten en de joden, er ontstaat onenigheid over de fundamenten van het juiste geloof.
In die tijd schopten de joden de joden-christenen de tempel uit
(en werd de traumatische scheiding tussen Joden en christenen een feit);|
de toenmalige Romeinse keizer vond die geloofstwisten op zijn erf sowieso maar niets en dacht er in een keer van af te zijn
door op zijn beurt de tempel van de joden in band te steken.
Hij vond al die geloofsonrust in de publieke ruimte van zijn rijk maar lastig, wilde eigenlijk vooral zakelijk de welvaart van het eigen Romeinse Rijk beschermen tegen de rest van de wereld,
net als in dat slavenrijk Egypte van toen
Maar Johannes zag voor zijn eigen ogen gebeuren hoe zo’n defensieve houding
van zo’n hokjesgeest die scheiding tussen mensen aanbrengt, alleen maar ellende baart.
Het mag duidelijk zijn: de inzet van Johannes is brandend actueel gebleven.
Ook nu strijden gelovigen om de fundamenten van het ware geloof
Is het vaak ‘wij’ tegen ‘zij’ ‘goed’ tegen fout ‘gelovigen’ en ‘ongelovigen’, christenen tegen moslims.
En het Rijke Westen probeert uit alle macht het eigen Rijk de eigen welvaart
te beschermen ten koste van anderen en van onze aarde.
En we zien voor onze ogen welke bittere ellende het baart, oorlog en geweld.
Geen wonder dat mensen vluchten omdat hun leven een hel is geworden
Dat mensen in opstand komen eenvoudigweg omdat het zo geen fair play is.
Omdat wij allemaal recht hebben op een eerlijke kans op goed leven, om mee te kunnen spelen op het grasveld van de Heer.
We zien onze afhankelijkheid van de inzet van derden niet meer
met wie we net zo intiem verbonden zijn als een zoon met zijn vader
Neem alleen al de het hedendaags ontbijtbord op zondag
de croissant uit Frankrijk, de Turkse koffie, de sinaasappel uit Zuid-Amerika,
Of neem de mobiele telefoon (geproduceerd door kinderen in Afrika)
die in je broek zit die uit Azië afkomstig is.
Alles aan ons lijf en wat ons lichaam binnengaat
is tot stand gebracht dankzij de inspanningen van talloze mensen over heel de aarde door wat Johannes in navolging van de apostel Paulus agapè noemt.
Cariritas. Liefde. Dat is:
‘Het commitment om je in te zetten, uit te sloven soms, je dienstbaar op te stellen richting anderen in een gedeelde wereld.’
Dat is niet omdat we elkaar allemaal aardig moeten vinden of zo, maar omdat de mens van kop tot teen op deze liefde is ingesteld,
op deze dienstbaarheid, eenvoudigweg omdat we het in ons eentje niet redden, maar altijd een team om ons heen nodig hebben, om tot bloei te kunnen komen.
Als je dat eenmaal door hebt dan zie je een wereld die niet van God los is, maar vol hoop zit en verlangen.
Dan zie je dat de wereld niet bijeengehouden wordt door zelfzucht, door de heroïsche waarden van aardse koninkrijken, maar gedragen wordt door een overvloed aan liefde
en onderlinge zorgzaamheid van elkaar. –Vanaf het begin , tot nu, en voor altijd-
Dan zie je overal mensen die protesteren tegen onrecht
tegen de bazen die het alleen voor het zeggen denken te hebben
dan zie je mensen een vluchteling helpen
Dan zie je overal mensen die naar vrede hunkeren en niet egoïstisch zijn
Dan zie je mensen die elkaar de helpende hand toesteken
Dan zie je vormen van dienstbare economie, samenwerking en co-creatie.
mensen die zich samen als team inzetten
voor verwijdering van plastic soep en afvalberg
Voor de vermindering van kinderarbeid
Dan zien je overvloed in plaats van schaarste
Dan zie je enthousiasme, letterlijk de geest van God die onder ons is
die de hokjesgeest openbreekt en een verbindende kracht is
tussen alle mensen over heel de aarde.
Dan zie je mensen die jou steunen bij verdriet en vertrouwen schenken
Dan zie je mensen die je fouten voor lief nemen.
Dan zie je overal tekenen van de opgestane Heer
Dan zie je in iedere vijand een potentiële bondgenoot op weg naar vrede
Dan zie je dat de duisternis het licht niet in zijn macht heeft gekregen.
Dan geloof je dat het goede het kwade overwinnen kan.
In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest
Amen