Boekbespreking in: Nieuw Rotterdams Kerkblad, juli 2012
van Bevlogen theologen van Werkman en Van der Woude (red)
In de negentiende en twintigste eeuw hebben predikanten zich nadrukkelijk uitgesproken over de sociale kwesties van die tijd. Nu is het debat hierover flets geworden. Bezinning op de eigen identiteit van de kerk staat voorop.
Vijf sociale kwesties in vijftien fraaie portretten
Volgens de hoofdstroom binnen het katholicisme en protestantisme heeft christelijk geloof een publieke dimensie. Het zich uitspreken over sociale kwesties hoort daar uitdrukkelijk bij. Bevlogen theologen: geëngageerde predikanten uit de negentiende en twintigste eeuw biedt vijftien mooie portretten van protestantse dominees van verschillende pluimage (van streng orthodox tot zeer vrijzinnig) die zich over uiteenlopende sociale kwesties uitlieten.
Als sociale kwesties worden behandeld: het pauperisme en beschavingsoffensief, het arbeidsvraagstuk, de maatschappelijke en economische crisis, verzorgingsstaat en welvaartsstaat, en de vraagstukken van vrede en internationale solidariteit. Het portretteert in dat licht mensen als Petrus Hofstede de Groot en Ottho Gerhard Heldring die zich hebben ingezet voor de volksopvoeding, armenzorg, de drankbestrijding en de opvang van ‘gevallen’ meisjes, ‘de apostel van de arbeiders’ Ferdinand Domela Nieuwenhuis en de grondlegger van de moderne protestantse zwakzinnigenzorg Lucas Lindeboom. Ook is er aandacht voor ‘de opvoeder van het volk’ en doorbraak-dominee Willem Banning en de vrijgemaakte bestrijder van de verzorgingsstaat Cees Veenhof. Het boek beschrijft voorts hoe de rol van predikanten langzamerhand is verschoven van volksopvoeder, organisator en opinieleider naar actievoerder. De laatste twee bevlogen portretten zijn van de in El Salvador vermoorde IKON journalist Koos Koster en de in 2002 overleden Ab Harrewijn.
En nu?
Zoals in het boek ‘Het vrije woord. Religie en politiek in domineesland’ beschreven staat, is ‘domineesland definitief voorbij’. Het boek laat hedendaagse predikanten, pastores en theologen aan het woord die nu actief zijn in de politiek en geeft opiniemakers van deze tijd, door de samenstellers de ‘nieuwe dominees’ genoemd, ruimte voor commentaar. Het boek laat in feite zien dat het debat over de sociale kwesties in de kerk flets is geworden. Er is huiver voor een herhaling van de jaren tachtig van de vorige eeuw waarin een al te activistisch uitsprekende kerk zich nadrukkelijk inliet met allerlei maatschappelijke kwesties en daarbij vooral zichzelf spleet. Als er al een rol voor de kerk in de samenleving is weggelegd, dan ligt deze niet meer zozeer in de handen van de dominee, maar bij de mensen zelf of bij plaatselijke kerkgemeenschappen als geheel.
Terugkeer naar de kerk?
Sommigen benadrukken van de weeromstuit dat de kerk zich dan maar zo min mogelijk met de wereld moet in laten omdat deze ‘uit den boze is’. Een radicalere en de ook in Nederland groeiende variant hiervan, onder met name de groep bevindelijke gereformeerden, ziet van hieruit voor de kerk wel weer een duidelijke maatschappelijke taak. De kerk is een ‘contrastgemeenschap’ (Stanley Hauerwas) die in woord en levensstijl voor de wereld het goede voorbeeld stelt. Goed geschreven interviews met negen veelal Amerikaanse en Britse voormannen van deze stroming zijn gebundeld in Oefenplaatsen. Tegendraadse theologen over kerk en ethiek. Volgens zijn verdedigers is door de secularisatie en specialisatie het christendom ‘noodgedwongen’ verkerkelijkt is geraakt. Het is namelijk de enige plaats waar ‘nog volop christelijk gesproken en geleefd’ kan worden. Deze beweging in de theologie die ook wel met de ecclesial turn, de wending naar de ‘zuivere’ kerkgemeenschap wordt aangeduid, is misschien op het eerste gezicht begrijpelijk. Elke ‘normale’ beroepsgroep heeft nu eenmaal de natuurlijke neiging om zich op zijn eigen vakgebied terug te trekken en dit als een apart territorium stevig af te bakenen. Maar scherper dan ooit tevoren wordt daarbij ook het gevaarlijke onderscheid heringevoerd tussen ‘wij’ en ‘zij’, of in dit geval tussen de ‘uitverkoren gelovigen’ (sic) en de ‘wereldse ongelovigen’. Wat nu als dat wat ‘volop christelijk is’ juist niet in de kerk maar buiten de kerk te vinden is?
In de besproken al te protestantse boeken mist duidelijk een goede tegendraadse katholieke inbreng. Volgens de theoloog Erik Borgman is Gods betrokkenheid bij iedereen op deze wereld te ontdekken door in te spelen op de kansen die het aangaan van sociale kwesties biedt. Alleen wanneer we ‘overlopen naar de barbaren’ en ons eigen territorium verlaten, kunnen we ontdekken dat de wereld Zijn wereld is en niet een of ander godverlaten oord.
Hopelijk wordt Bevlogen theologen niet alleen als een schitterend uitgegeven geschiedenisboek gelezen, maar leggen predikanten steeds weer nieuw sociale kwesties bloot. Niet omdat zij zouden weten hoe deze moeten worden opgelost. Maar om elk misplaatst onderscheid tussen ‘wij’ en ‘zij’ te breken en om zelf beter te kunnen blijven zien waar de kansen liggen, de bronnen die leiden tot een inspirerend en goed bestaan op aarde.
Aangehaalde boeken
Paul Werkman en Rolf van der Woude (red) Bevlogen theologen: Geëngageerde predikanten in de negentiende en twintigste eeuw. Hilversum: Uitgeverij Verloren, 2012, 494 blz.
Herman Paul en Bart Wallet (red). Oefenplaatsen: Tegendraadse theologen over kerk en ethiek. Zoetermeer: Uitgeverij Boekencentrum, 2012, 200 blz.
Fennand van Dijk, Joost Röselaers (red). Het vrije woord. Religie en politiek in domineesland. Zoetermeer: Meinema, 2012, 191 blz.