Boekbespreking in: Het Goede Leven 28 mei 2013 van Het jaar van het gevaarlijke dromen  van  Slavoj Žižek

Meestal treedt Europa op als toezichthouder van de mondiale kapitalistische ontwikkeling: soms flirt ze met de conservatieve verdediging van de traditie. Deze paden leiden volgens Žižek in zijn nieuwste boek ‘Het jaar van het gevaarlijke dromen’ allebei tot vergetelheid, tot de marginalisering van Europa. De enige manier waarop Europa uit deze impasse kan komen is het doen herleven van haar erfenis van radicale en universele emancipatie.

Het kapitalistische systeem is niet de best mogelijke orde
De Sloveense filosoof en psychoanalyticus Slavoj Žižek, is bekend als verdediger van de beweging Occupy Wall Street. Volgens de ‘meest gevaarlijke denker uit het Westen’ die zich beroept op tegendraadse denkers als Hegel, Marx en Lacan is het de demonstranten gelukt om de ontwrichtende sociale effecten van de speculaties op Wall-street op onze reële politieke economische orde aan de kaak te stellen. Hun elementaire boodschap is: het taboe moet doorbroken worden, we leven niet in de best mogelijke wereld en we zijn verplicht over alternatieven na te denken. Maar juist het nadenken over alternatieven wordt niet serieus genomen. De Occupy-beweging wordt weggezet als wereldvreemd, maar pas echt wereldvreemd zijn diegenen die denken dat het bestaande kapitalistische systeem zichzelf eindeloos kan blijven reproduceren. De Occupy-beweging herinnert ons eraan dat er niets ‘natuurlijks’ is aan kapitalistische concurrentie en winstmaximalisatie. Het beste gebruik van geld als stimulans is volgens Žižek om mensen genoeg te betalen om de geldkwestie van tafel te halen; mensen zijn van nature niet egoïstisch van aard, maar gedragen zich op een manier die we alleen maar communistisch kunnen noemen, ze geven aan de samenleving naar hun mogelijkheden, niet naar de financiële beloning die ze krijgen conform het bekende motto van Marx ” van ieder naar zijn mogelijkheden aan ieder naar zijn behoeften.”

We leven in een post- democratische orde
Kleurrijke politici zijn uit en grijze deskundigen zijn in. Deze trend gaat volgens Žižek duidelijk in de richting van een permanente noodtoestand en opschorting van de politieke democratie (denk bijvoorbeeld aan de manier waarop Brussel reageerde op de politieke gebeurtenissen in Griekenland: met paniek op de kans van een referendum, met opluchting op de verkiezing van een nieuwe technocratische premier). We moeten, zo stelt hij, de cirkelparadox in de gaten houden die de vrije stemming in onze democratische samenlevingen schraagt: men is vrij te kiezen op voorwaarde dat men de juiste keuze maakt. Het treurige feit is dat verzet tegen het systeem zich niet in de vorm van een realistisch alternatief, of een zinnig utopisch project kan articuleren maar alleen de vorm kan aannemen van een zinloze uitbarsting van geweld.
Het onvermogen om buiten de bestaande kaders te denken vertaalt zich ook in cynische reacties op de Arabische Lente vanuit het Westen. Men zal, aldus Žižek, ons telkens weer zeggen dat volksopstanden in Arabische landen altijd eindigen met de overwinning van militant islamisme, met als les dat het “beter is het bij de duivel te houden die je kent, dan te stoeien met emancipatie”. Tegenover deze cynische verleiding moeten we trouw blijven aan de radicaal-emancipatorische kern van de volksopstanden in Iran en Egypte, als moedige pogingen van onderop om op te komen voor rechtvaardigheid en voor verbetering van het eigen lot. Een van de wreedste vormen van ironie van de Egyptische situatie was de zorg van het Westen dat de overgang op een “wettige” manier zou verlopen alsof Egypte voor 2011 het recht had gekend. Volgens Žižek is dat de les van de Tunesische en Egyptische revolte: als de gematigde liberale krachten radicaal links blijven negeren in hun strijd tegen onrecht en armoede, zullen islamisten deze agenda overnemen. Om de belangrijkste liberale erfenis van de universele emancipatie van de mens te laten voortbestaan, hebben de liberalen daarom de broederlijke hulp van radicaal links nodig.

Neem de tekenen van de Apocalyps serieus
De ecologische en economische onheilstijdingen over de ondergang van de huidige kapitalistische wereld nemen intussen dramatische vormen aan. Toch zijn het volgens Žižek vooral misleidende pogingen om ons ongeloof te overschreeuwen dat de bestaande structuren werkelijk op springen staan. Maar, zegt hij, vertrouw er op die catastrofe er hoe dan ook echt gaat komen. We moeten de onheilstekenen serieus nemen, maar ook de radicale emancipatoire uitbarstingen als de Occupy protesten en de Arabische Lente als tekenen van een utopische toekomst die in het heden sluimert als zijn verborgen potentieel. Een toekomst waarin iedereen de mogelijkheid van goed leven heeft, ongeacht geloof, geslacht, economische uitgangssituatie en nationale identiteit. Volgens Žižek ligt deze gedachte ten grondslag aan zowel de communistische idee als aan het christelijk geloof. In hun ijver het joods christelijke erfgoed te beschermen zijn populistische anti-immigratiepartijen in Europa bereid de kern van het christelijk erfgoed te verloochenen, namelijk dat naar de woorden van Paulus “in Christus geen man noch vrouw is, geen Jood noch Griek.” Iedereen kan op voet van gelijkheid deelnemen aan ‘de universaliteit van de heilige geest’, mensen zitten niet vast aan particuliere identiteiten en kunnen elkaar als wereldbewoners en bondgenoten herkennen. Europa zou zich volgens Žižek moeten inzetten voor een Leitcultur met een universele, radicale en emancipatorische strekking van grensoverschrijdende solidariteit: laten we anderen niet alleen maar respecteren, maar ook een gemeenschappelijke strijd bieden, omdat vandaag de dag al onze dringendste problemen gemeenschappelijke problemen zijn.

Thema: